Paris Proof Constructies

Quickscan Paris Proof Constructies

Adviesbureau Lüning gaat de materiaalgebonden CO2 uitstoot is van de draagconstructies die zij ontwerpt inzichtelijk maken. Op basis van deze resultaten kunnen we leren en onze toekomstige ontwerpen verbeteren. Wij vinden het belangrijk om zorgvuldig met onze verantwoordelijkheid als constructeur om te gaan. Met de introductie van het Rekenprotocol Paris Proof Materiaalgebonden van DGBC en NIBE 1 heeft de bouwwereld een krachtig middel om de CO2-impact meetbaar te maken. Wij hebben deze meetmethode omarmd en gaan hiermee aan de slag.

Quickscan
Om dit snel en vooral ook eenduidig te doen is een quickscan Paris Proof Constructies ontwikkeld. Deze quickscan is gebaseerd op het bovengenoemde rekenprotocol en geeft direct inzicht in de materiaalgebonden CO2 uitstoot van de constructie. Zo kan de tool vroeg in het ontwerpproces worden ingezet om te zien of een ontwerp Paris Proof is of niet. En omdat de quickscan direct inzicht geeft wat de uitstoot is per onderdeel, wordt het eenvoudig om gericht de CO2-uitstoot van het ontwerp te reduceren. Dit maakt het een krachtig hulpmiddel voor ontwerpers om binnen de gestelde CO2-budgetten te blijven.

Vroegtijdig grip op CO2-impact
Invoer is eenvoudig en kan op twee manieren, vanuit een Revit model of via excel. Dit maakt de rekentool breed inzetbaar. Tijdens de vroege ontwerpfasen (SO en VO) is er vaak nog geen 3D-model beschikbaar. Tegelijkertijd zijn dit wel de fasen waarin fundamentele keuzes gemaakt worden over de constructieprincipes, en daarmee over de inzet van grote hoeveelheden materiaal. De quickscan maakt het mogelijk om snel inzicht te krijgen in de gevolgen voor de CO2-impact van verschillende ontwerpvarianten. Daarnaast geeft de quickscan inzicht in de uitstoot per bouwdeel. Hierdoor kunnen gerichte ingrepen worden gedaan in het ontwerp, daar waar de grootste impact op de totale uitstoot wordt gemaakt. Tevens kunnen de resultaten van de quickscan helpen om het totale CO2-budget te alloceren: er kunnen bijvoorbeeld goede redenen zijn om een gevel te realiseren met een hoge uitstoot, maar om Paris Proof te blijven betekent dat wel dat de overige bouwdelen een lagere uitstoot dienen te hebben.

Wanneer in latere fasen van het project 3D-modellen beschikbaar zijn, kan de quickscan worden gebruik om te monitoren of de uitwerking nog steeds voldoet aan de oorspronkelijke ambities en uitgangspunten. De materiaalhoeveelheden zijn eenvoudig uit de modellen op te vragen en in te lezen in de rekentool. Dit geeft direct inzicht in de materiaalgebonden CO2-uitstoot, afgezet tegen de budgetten die nog beschikbaar zijn op gebouw-niveau. Hieruit volgt een antwoord op de vraag: ‘is dit ontwerp Paris Proof?’.

Naast de materiaalgebonden CO2-uitstoot wordt tevens de MPG-score en de biogene koolstofopslag berekend. De biogene koolstof is die koolstof die door biobased materialen wordt opgeslagen gedurende de levensduur. Het berekenen van de biogene koolstofopslag gebeurd volgens de methodiek zoals beschreven in het SGS search rapport 2. Het berekenen van zowel de MPG, als de materiaalgebonden CO2-uitstoot, als de biogene koolslof vastlegging geeft een totaalbeeld van de duurzaamheid van de gebruikte materialen van het ontwerp.

Belang van betrouwbare data
Het is in de Nederlandse bouwwereld inmiddels gebruikelijk om een MPG-berekening op te stellen. Hiermee wordt een gewogen gemiddelde berekend over 11 duurzaamheidsindicatoren, over de volledige levensduur van het gebouw. Om te achterhalen of een constructie Paris Proof is, is echter alleen het ‘Global Warming Potential’ tot aan oplevering van belang: de directe CO2 uitstoot. Bij een MPG-berekening wordt gebruik gemaakt van een beperkte dataset, er zijn immers gegevens nodig over alle 11 de indicatoren over de volledige levensduur van het gebouw. Helaas zijn deze gegevens lang niet altijd voor handen. Mede daardoor komen MPG-berekeningen niet altijd tot een reële afspiegeling van de duurzaamheid van een gebouw. Bovendien is de CO2-uitstoot niet direct herleidbaar uit de resultaten. Dit betekent dat uit de MPG-score niet duidelijk wordt in welke mate het gebouw bijdraagt aan de opwarming van de aarde.

Deze belemmeringen betreffende de data kent de Paris-Proof-berekening veel minder. De eerste stap in de ontwikkeling ervan was het opzetten van een betrouwbare materialendatabase. De duurzaamheidsdata in de quickscan is gebaseerd gevalideerde LCA’s (zowel uit de Nationale Milieu-database als internationale bronnen) en waar nodig aangevuld met extra data vanuit de praktijk. De data wordt beheerd door materiaalspecialisten, waarbij wordt ook samengewerkt met andere partijen. Zo heeft Oosterhoff’s innovatiedenktank Quake in samenwerking met ABT meer dan 1.000 betonmengsels berekend middels de Ontwerptool Groen Beton van het Betonhuis 3 en toegevoegd aan de quickscan. Daarbij is het ook mogelijk om separaat de wapeningshoeveelheid van het beton in te voeren. Uit analyses van Adviesbureau Lüning is namelijk gebleken dat de hoeveelheid toegepast wapeningsstaal grote invloed kan hebben op de CO2-impact.

De materialendatabase wordt actief beheerd. Wanneer er nieuwe relevante data beschikbaar komt, wordt deze beoordeeld en verwerkt. Hierdoor wordt de kwantiteit en kwaliteit van onze database voortdurend vergroot.

Aan de slag!
Met de quickscan, gebaseerd op een betrouwbare materialendatabase, is het nu tijd voor actie! Op dit moment legt Adviesbureau Lüning de laatste hand aan haar eerste CO2-jaarverslag. Voor alle opgeleverde projecten in 2022 wordt de materiaalgebonden CO2-uitstoot berekend. Binnen 2 weken verwachten we de resultaten van deze berekeningen en presenteren we deze. Meer weten? Hou onze website www.luning.nl/paris-proof-constructies en ons Linkedin kanaal hiervoor in de gaten!

Literatuur
1 Rekenprotocol Paris Proof Materiaalgebonden, DGBC en NIBE, v1.1 14 september 2022

2 Onderzoek rapportage Berekeningsmethodiek koolstof vastlegging biobased bouwmaterialen, SGS Search Ingenieursbureau, 29 juli 2022

3 Concrete Sustainainability Council, Technical Manual – CO2-Module, The Concrete Sustainainability Council, 3 januari 2022